Het middeleeuwse graafschap Vlaanderen werd groot dankzij de lakenindustrie, een industrie met meerdere gezichten. Zowat iedereen in de stad was erbij betrokken. In deze tentoonstelling belichten studenten van de KU Leuven drie aspecten van dit complexe verhaal: het verfproces, het leven van de textielarbeiders en de luxewetten. Je ontdekt hoe de studenten te werk gaan bij hun onderzoek en welke verhalen hun raken.
Kleurrijk laken
Het verven van stof is in de middeleeuwen geen eenvoudig proces. Bij gebrek aan synthetische producten worden alle kleuren met natuurlijke materialen gemaakt. En dat is duur. Zeldzame grondstoffen, een langdurig proces en veel vaardigheid zijn nodig om tot een mooi resultaat te komen. Mooi geverfde stoffen zijn dan ook een luxeproduct!
Werken in de textielindustrie
Om van wol tot laken te komen zijn veel handen nodig. Elk deeltje van het proces is de taak van iemand anders. Vaak ligt de nadruk van het historisch onderzoek op het maakproces. Maar ook het leven van de mensen actief in de lakenindustrie, verdient het om van nabij bekeken te worden.
Luxewetten
De lakenindustrie in Vlaanderen richt zich in de middeleeuwen op het hogere marktsegment: luxueus afgewerkte stoffen met een duur prijskaartje. Maar niet enkel je portemonnee dicteert wat je koopt. In de middeleeuwen bepalen luxewetten wie wat mag dragen. Dit kunnen we ons vandaag niet meer voorstellen. Toch was dit in de middeleeuwen doodnormaal.